dinsdag, juni 13, 2006

Bakken op 'Den Buiten'

Barbeque op ‘den buiten’. ‘t Is eens iets anders dan barbeque in je stadstuintje van vier vierkante meters met in het midden een of andere boom die twee derde van de beschikbare nuttige ruimte in beslag neemt. Buiten het feit dat de buren dan meestal ook net eentje gepland hebben en nonkel Fiston om de haverklap je omheining bewatert is er eigelijk bitter weinig aan zo tussen de bebouwde kom een openluchtevenement te houden. Nope...barbeque op ‘den buiten’. Geen last van waterende buren en dergelijke. Gewoon gezellig met de vrienden of familie -die zichzelf uitgenodigd hebben- samen kokeneteken spelen in de gezonde buitenlucht.

Zodoende was ik voor de verandering eens uitgenodigd bij vrienden om een portie lekker mals vlees om te zetten naar houtskool. Zaterdag laatstleden was het eigenlijk niet nodig om de barbeque aan te steken. De zon scheen zo fel en ‘t was zo warm dat het vlees op natuurlijke wijze een bruin korstje zou gekregen hebben, mits enig geduld aan de dag te leggen. Na een middag gezellig met het mannenvolk voetbal gekeken te hebben in de frisse woonkamer was het hoogtijd om de vlam aan de houtskool te leggen. Twee uur later konden we na menig herbeginnen eindelijk onze eerste varkenslapje op de rooster leggen en waren we vertrokken voor een gezellig vreetfestijn. Alle soorten vlees en groenten passeerden mijn eetkamer maar toen liep het ineens grondig fout. Wat nu volgt lijkt volslagen ongeloofwaardig maar is echt gebeurt. Had de SD-geheugenkaart van de digitale camera nog niet vol gestaan, ik had het hier ter plekke aan de hand van logisch gerangschikte eentjes en nulletjes, ook wel een afbeeldingetje genaamd, hier in deze blog geplaatst.

Stel je voor: Je zit aan tafel of je staat aan je barbeque en plots hoor je op de oprit van je grondgebied een doordringend “Piep...piep...piep...piep...” (het aantal pieps kan variëren afhankelijk van de lengte van je oprit). Het piepen stopt en plots komen vanachter het hoekje een vrouw en man met een klak, echter beiden met snor, tevoorschijn. Je schrikt wel even. De vrouw vraagt doodsimpel: “Is da hier da we den beerput moeten komen leegmaken?” De gastvrouw des huizes repliceert hierop dat dit inderdaad zo is maar dat deze noodzakelijke werken wel gepland waren op vrijdag. De vrouw laat zich niet uit haar lood slaan : “Ge waart nie thuis madam, we zijn aan de deur geweest.” De gastvrouw, niet de eerste de beste en van geen kleintje vervaard, maakt onze onverwachte bezoekers er op attent dat wij wel werken op weekdagen en zeker tijdens kantooruren. Wij werken dus wel degelijk tijdens kantooruren mocht je dit betwijfelen. “Maar madam, ‘t ga niet lang duren.” Haar woorden zijn nog niet koud of de man, met klak, staat daar al met zijn koevoet en dikke slang ter hoogte van de beerput. De CEO van de NV "leeg den beerput" was formeel: De stront zou en moest nu weggepompt worden in de beerkar door de man met de klak.

Het lijkt mij verder onnodig u nog verder details te geven. Het volstaat om te melden dat onze eetfestijn over was nog voor dat het goed bezig was. Nog nooit zoveel vrouwen plots zoveel interesse zien hebben in de Wereldbeker voetbal... Slim dat ik ben probeerde ik de aalputdampen te onderdrukken door de barbeque rijkelijk te overgieten met kruiden wat dan weer resulteerde in een mistontwikkeling in de tuin. We zagen de beerkar niet meer maar ondanks mijn geurinterventie bleven we ‘m wel ruiken. Er was simpelweg geen kruid tegen opgewassen (letterlijk).

Na een kwartiertje was de klus geklaard overigens. Het resterende vlees werd deskundig weggewerkt: een hond kijkt niet zo nauw, als hij maar kan eten. De genodigden echter pasten vriendelijk voor het vervolg van de menukaart waardoor de overgebleven vleeswaren en groenten talrijk waren en iedereen op het eind van de avond alsnog een portie kon meenemen naar huis.

Ik heb ‘s anderendaags dan maar weer mijn simpel barbequestel uit de mottenballen gehaald en de resterende vleeswaren gebraden. In mijn stadstuintje van vier vierkante meters weliswaar, met in het midden een of andere boom die twee derde van de beschikbare nuttige ruimte in beslag neemt en net op het moment dat de buren ook eentje gepland hebben en nonkel Fiston is uitgenodigd. Je weet wel, da’s die nonkel die om de haverklap tegen mijn omheining watert.

zaterdag, juni 10, 2006

Zomertijd

Ja ! Joepie ! De zon schijnt. Het is warm dus tijd om te barbequen. Sleep de houtskool aan, marineer het vlees, snij de groenten, schil de patatjes, kijk uw brandverzekering na...

Ik moet het toegeven : ik ben geen krak in het barbequen. Het bakken van het vlees tot daar aan toe maar het aansteken van de BBQ is een ander paar mouwen. Ik herinner mij de eerste keer. Ik herinner mij zoveel eerste keren maar die vallen buiten het bestek van dit artikel en trouwens, ‘t zou jullie toch niet interesseren.

De eerste barbecue dus.

Gans de familie opgetrommeld. Nu ja opgetrommeld. Ik had langs mijn neus weg gezegd dat ik een barbequetoestel had gekocht en meteen waren ze al uitgenodigd... door henzelf. Voor de zekerheid hadden we genoeg houtskool ingeslagen. Genoeg om een strenge winter door te komen overigens. Het ding in gang krijgen was een ander verhaal. Fijn droog hout op de bodem, houtskool erop en fikkie erin. Resultaat : niks. Aanmaakvloeistof, nog steeds niks. Nog wat aanmaakvloeistof en weer niks. Na de hele fles erover gekiept te hebben kwam er een beetje schot in de zaak. Maar toen... WOEF een vlam van zo’n twee meter hoog schoot uit de barbecue. De bloembakken die een beetje verder stonden smolten een beetje en de bloemetjes verwelkten waar ik bij stond. De intensiteit van de vlam verminderde snel en ik dacht we zijn vertrokken. De reuzevlam werd kleiner en kleiner tot een aanvaardbare hoogte die normaal is voor barbeques. Helaas pindakaas. De vlam werd nog kleiner en ‘t was afgelopen. Het vuur was uit. Alle houtskool er weer uit en dan geleidelijk aan vuurtje stoken. Beetje houtskool erop, en nog wat en nog wat en blazen maar, enfin je snapt het wel.
De barbeque was verder een succes hoor. Mijn familie heeft zichzelf nooit meer uitgenodigd op onze barbeques hetgeen de onkosten aanzienlijk drukte.

Wat doe je nog zoal wanneer de zomer in het land is ? Een zwembad in de tuin voor de kids. “Pappie pappie blaast ons zwembad eens op. Toe papa,...” Nu heb ik een goede pomp om het bad op te blazen. Het duurt net geen uur om het bad op te pompen. Wanneer je dan uitgeput eindelijk dat bad vol lucht hebt mag het water erin. Na nog een uur is dat badje gevuld. Ik denk daar verder niet bij na. Het is te zeggen : ik denk niet aan de kosten van het waterverbruik.
Nu het zwembad gevuld is met ijskoud water moet dat eerst nog wat op temperatuur komen. Dat duurt gemiddeld een drietal dagen, gesteld dat de zon drie dagen blijft schijnen. Je kan ook best een filter en een produktje in huis halen om het water wat proper te houden voor de ‘hyhyjeene’ of zoiets. Je kan tegenwoordig speciale tabletten kopen die kindveilig zijn. Buiten het feit dat die ontsmettingstabletten zo groot zijn dat ze die niet in hun eetkamer gepropt krijgen, hoef je niet meteen het antigifcentrum te bellen als ze per ongeluk expres een slok water binnenkrijgen. Het produktje houd de vervelende beestjes weg. Ik zoek ook nog iets anders in die context : mijn vrouw haar poes is gek van water. Haar poes is graag nat. We moeten dus dringend iets vinden om de kat uit het zwembad te houden. Ons vorige opblaasbadje hebben we moeten vervangen omdat het enkel nog bestond uit een verzameling rustienekes. De kat heeft met haar nageltjes gaatjes gemaakt en papa heeft die gerepareerd. Toen de voorraad plakkertjes op was hebben we dan maar besloten een nieuw zwembad te kopen en de poes uit het bad te houden.
Wat mezelf betreft. Ik zit al eens graag in het zwembad, als het water maar niet te koud is. Relaxen in het bad is één van de geneugten des levens waar ik kan van genieten... als het water maar niet te koud is. Met andere woorden, je zal mij niet eerder in dat zwembad zien springen voordat de zon langer dan 14 dagen non-stop heeft geschenen en de temperatuur van het water niet lager is dan 27 graden. Evenzo moet de omgevingstemperatuur de 25 graden ruimschoots overschreden hebben vooraleer ik mijn zwemplunje show.

Het is dus zomer ! Lekker buiten genieten van een barbeque, een duikje in het zwembad, de muggen die ‘s avonds meegenieten van uw lichaamsvocht, de wespen die gezellig aanschuiven aan tafel. Het hoort er allemaal bij. Wat ik wel vreemd vind is het feit dat wanneer je jouw barbeque bovenhaalt plots iedereen zijn barbeque bovenhaalt. Dat de geur van jouw barbeque 'overgeurt' wordt door de geur van die van de buren. Dat het er neffe de deur blijkbaar veel plezanter aan toe gaat dan bij jou. Waar ik me echter aan erger is, dat de invitees van de buren later op de avond, jouw barbequeparty komen verstoren omdat ze te bezopen zijn om de juiste tuin terug te vinden nadat ze tegen jouw haag hun natuurlijke noodzakelijkheden hebben volbracht. Je kent die mensen niet maar zij kennen jou wel want ze lallen al van ver tegen je dat ze nog dorst hebben en je de pinten moet laten aanrukken. Nadat je ze taktvol de juiste locatie hebt getoond waar ze hun drankzucht moeten bevredigen staan ze twee minuten later weer tegen je haag te lozen en nog even later staan ze opnieuw naast jou en lallen ze tot vervelens toe dat je de pinten moet halen. Hun feestje gaat nog uren door nadat jij al lang je bed hebt opgezocht. Niet zonder dat je eerst je hek goed vast deed om te vermijden dat ze hun sanitaire behoeften uitbreiden naar jou grondgebied. Hoe later het is hoe meer lawaai ze maken. Zeker wanneer hun familieidioot de drang voelt opkomen om te gaan meezingen met elk liedje dat uit hun luidsprekers weerklinkt. Ze doen het erom denk ik. Op zo’n moment heb je spijt dat je die tweeloop toch niet hebt gekocht voor de nieuwe wapenwet van kracht werd. Maar uiteindelijk wordt het stil.
Als jij dan ‘s morgens opstaat neem je wraak door je radio goed luid te zetten, mee te gaan brullen met wat voor gejank er ook uit de boxen komt en de kinderen hun zwembad in te jagen dat nog goed fris is natuurlijk zodat ze lekker gaan krijsen. Wanneer je buren dan opstaan zie je zo aan hun gezicht dat die laatste pint bier en één teveel is geweest en elke gil van jouw kids in hun houten kop blijft nagalmen voor een paar uur. Dat moet gewoon pijn doen. Het zal ze leren. Ze moeten hun gasten er attent op maken dat mijn haag geen toilet is en dat de drankvoorzieningen moeten opgehaald worden in de juiste ijskast.

Het is dus zover. De zon schijnt en dus gaan we een barbequetje doen. Niet thuis maar bij vrienden. Dat scheelt een pak in de opkuis, kan ik mij lazarus zuipen en tegen de haag van hun buren -die ik toch niet ken- gaan zeiken. Als een ander dat mag dan mag ik dat ook. Het maakt allemaal onderdeel uit van het fenomeen tuinparty met barbecue.
Om af te ronden toch nog enkele tips.
1. Wanneer je de barbecue opruimt zorg er dan voor dat de houtskool volledig gedoofd is. Gloeiende houtskool kan er voor zorgen dat je vuilnisbak gaat branden en als je dat moet opruimen in zo’n warm weer. Dat kan serieus stinken.
2. Als je gaat plassen vergewis u ervan dat er geen schrikdraad in de omheining verwerkt is. Dat kan best vervelend zijn als je er tegenaan gaat wateren. Dames mogen voor mijn part ook tegen de haag maar hoe ze dat regelen laat ik volledig aan hun inventiviteit over.
3. Hou je kids uit de buurt van het barbequetoestel. Het kan je feestje serieus verpesten als ze het vlees van het tafeltje stampen of nog erger: een brandend kind gaat verdomd hard lopen en in deze hitte is een fysieke inspanning sowieso niet gezond omwille van de ozondrempel die overschreden is. Je moet al goed opletten dat je niet over die drempel struikelt of je moet naar het ziekenhuis naar de spoedopname.
4. Eventueel aanwezige huisdieren dien je weg te houden uit de buurt van de barbecue. Een stukje vlees is snel verschwunden als Fifi of Minoes de poes -da’s die die zo gek is van water- even passeert aan het buffet.
5. Wespen steken alleen wanneer je er naar gaat slaan. Vooral wanneer je er een paar keer naast hebt geslagen.
6. Drink genoeg alcohol. Muggen kunnen niet goed tegen alcoholrijk bloed en na de eerste beet vallen ze meestal in een diepe coma waarna je ze dan makkelijk kan doodslaan ook al heb je reeds veel gedronken.

Het is eigelijk simpel : Mooie liedjes duren niet lang. Als de zon schijnt sleep dan de houtskool aan, marineer het vlees, snij de groenten, schil de patatjes, kijk uw brandverzekering na...en vergeet mij niet uit te nodigen.

dinsdag, juni 06, 2006

Verkeren in de Europese Unie

Noot aan het begin van dit berichtje : Ik heb de leuke mail waarvan melding in één van de vorige berichten uitgetest en de dozen bleven toestromen. Allemaal lelijke modellen want iedereen stuurde natuurlijk zijn lelijkste gedrocht op. Dus de laatste paragraaf uit het kettingmailbericht mag u bij deze schrappen.

De Europese Unie is een feit. Nu ja je kan mits enige moeite van een unie spreken. Log als het hele santenkraam eigelijk is zie ik het nooit goed te komen.

Neem nu het verkeer. De regels zijn zowat overal hetzelfde maar als je het verkeer zo ziet evolueren in ‘La Bella Italia’ dan is dat meer uw leven wagen dan naar uw werk rijden. Terwijl wij hier een hospitalisatieverzekering in ons pakket van legale voordelen krijgen wanneer je aan het werk bent, krijgen ze ginds een gevarenpremie uitbetaald. Je moet al goed je best doen om al die ijskarren te ontwijken.

Dan is het hier in ons apenland eigelijk veel beter geregeld. De signalisatie langs ons dichte wegennet is van dien aard dat het niets aan het toeval overlaat. Op de autosnelweg mag je 120 kilometer per uur rijden. De vraag is kan je nog 120 km/u rijden? Op de radio duurt het verkeersoverzicht gemiddeld tweemaal zo lang als het nieuws én het weerbericht samen.
Wanneer ik al eens in het buitenland geraak dan ben ik steeds verbaasd over de verkeersborden.

Duitsland. In Duitsland mag je op de Autobahn zo snel rijden als je zelf wilt of zou willen. De meesten vinden het een zegen, ik vind het minder. Het is niet voor niks dat er op gezette afstanden langs de autobahn borden staan met de melding ‘Ausfahrt’. Ik vraag me nog steeds af of dat een stille wenk dan wel een waarschuwing is.

Nederland. Het verkeer in Nederland is moordend. Hoewel de overheid er alles aan doet om dat te voorkomen. In Nederland, of Holland, zoals wij dat dan zeggen zijn de chauffeurs allemaal slechtziende. Dat kan haast niet anders dan moordend zijn. Waarom maken ze de verkeersborden in Nederland anders zo groot dat je er haast niet naast kan kijken ? Een goed ziend chauffeur ziet al op 10 kilometer afstand dat hij in de verte zal moeten vertragen omdat een bord daar zegt dat je maar 50 mag doen al ginds in de verte. Nederlanders hebben allemaal een bluts in hun bumper. Ze zien pas dat er 'Stop' op het bord staat als ze al tegen dat paaltje staan.
In België hebben de verkeersborden zo’n vorm dat ze u vriendelijk attenderen dat de toegestane snelheid 70 km per uur is. In Holland zijn die verkeersborden veel agressiever. Ze schreeuwen je als het ware toe wat je moet doen: STOP ! 60 ! Het ergste zijn de autostrades: ‘Bij File Bus Op Pechstrook’. Als of dat veel zoden aan de aldaar zo talrijk aanwezige dijken zou brengen. Je mag met de bus dus op de pechstrook wanneer en een file staat. Na tweehonderd meter staat er dan een Dafje, hoogstwaarschijnlijk voorzien van caravan of campingkarretje, op de pechstrook en is de pret ook meteen afgelopen. Uitritten kan je ook al niet missen: ‘UIT’ is de duidelijke boodschap op een koe van een bord.

In Engeland en omstreken rijden ze dan weer links. Dat lijkt me griezelig wanneer je daar voor de eerste keer terechtkomt. Je zal maar even verstrooid zijn en daar fijn rechts gaan rijden en je dan druk maken in allemaal die spookrijders.
Ooit hoorde ik op de radio : "Mededeling op de E40 Brussel-Kust is een spookrijder gemeld richting kust. Gelieve op te letten en uiterst rechts te houden." Twee minuten later : "Op de E40 Brussel-Kust is de spookrijder verdwenen. Hij (al vermoed ik wel dat het een zij zal geweest zijn) heeft de snelweg verlaten." Wat dachten ze dan? Dat hij rechtsomkeer had gemaakt en over de middenberm was gesprongen met auto en al ?

Bij ons in België is het zo slecht nog niet. In de bebouwde kom mag je 50. Da’s een aannemelijk mooie snelheid als je tussen fietsers en voetgangers moet laveren. Aan de scholen mag je 30 maar dat is dan weer ronduit gevaarlijk. Je moet al een kei zijn wanneer je zonder naar de kilometerteller te kijken die snelheid kan aanhouden. Ik bedoel maar dat je meer naar de kilometerteller zit te staren dan naar de kleine koters die voor je neus de straat oversteken. Ongelukken zijn dan gauw gebeurt.
Brommertjes ofte bromfietsen zijn nog gevaarlijker. Deze worden meestal bestuurd door de jeugd van tegenwoordig. Ze rijden keurig op het fietspad met een scooter die 25 km per uur mag rijden maar dan aan 60 km per uur of meer. Jij als autobestuurder let goed op wanneer je rechts afslaat. Want je ziet zo’n bromding op je afkomen tegen 25 per uur maar ze zijn veel sneller aan de hoek dan je denkt. Ik spreek uit ervaring. Ik draaide rechtsaf, niks te zien, plots draaide er synchroon aan de rechterflank van mij auto een scooter mee af, terwijl de brompot die op dat scootertje zat zijn weg rechtdoor vervolgde. Zijn frigobox bleef steken tussen mijn ruitenwissers. Brom lag een beetje verder. Zonder veel erg weliswaar maar ‘t is wel schrikken wanneer je plots in plaats van een regiment regendruppels een kerel van vlees en bloed langs je voorruit ziet passeren. Een superboete was het resultaat.

Het verkeer is niet leuk. Je moet supergeconcentreerd zijn wil je ‘s avonds heelhuids terug thuis raken. Of je nu in ons Belgenland of elders door de Europese Unie reist, het is overal iets. Stop best ook niet langs de autostrade op een parking om de beentjes te strekken en een boswandeling te maken. De kans dat je daarvan zonder kleerscheuren of leuke pikante voorstellen vertrekt is niet bijster groot.

Ik heb soms medelijden met mensen die om den broode dagelijks in de verkeersheksenketel moeten rijden. Mijn medeleven is eveneens groot voor degenen die in Nederland die koeien van verkeersborden moeten plaatsen. Maar je mag ook niet vergeten dat er lokale verschillen zijn in de verkeersregels. Zo vind je in Limburg op rotondes een verkeersbord dat zegt : ”Einde rond punt” en je vind er ook slagbomen op de meest onmogelijke punten. Die dienen wanneer de hooooooooooond wordt uitgelaten en de straat moet oversteken. Dat kan wel effe duren aldaar.

U mag er vergif op nemen dat ik in sommige regio’s van de Europese Unie niet meer zal mogen komen. In Nederland omdat ik hun verkeersborden te groot vind, in Limburg omdat ik hun huisdieren bekritiseer en in Engeland ook al niet omdat ze mij daar, zodra ik wiel aan land zet, van de weg halen omdat ze er vanuit gaan dat ik rechts zal rijden. De toekomst van mijn persoonlijke mobiliteit ziet er niet te rooskleurig uit. Die van de andere autoterroristen ook niet want binnen dit een een paar jaar staan we gewoon allemaal stil in de file. We kunnen dan beter met de fiets of te voet naar het werk gaan (of met de trein - als ze niet staken). Verkeren in de Europese Unie zal in de toekomst niet meer zo simpel zijn.