woensdag, april 05, 2006

We nemen een Chinchilla...over mijn lijk

De slagzin des huizes is heden ten dage : “We nemen een Chinchilla”. Dat “nemen” hoef je natuurlijk niet té letterlijk te nemen.
De discussie die hieromtrent gevoerd word bestaat uit verschillende kampen. De pro en contra zijde.
Het hoeft jullie niet te verbazen dat ik tot de contra kant behoor. Alle argumenten pro heb ik tot nu toe met harde bewijzen kunnen weerleggen waardoor we er momenteel eigelijk nog niet uit zijn.

Waarom zou je een Chinchilla in huis halen? Voor de gezelligheid. Er zijn gezelliger beesten dan dit om in huis te nemen. Zo’n Chinchilla is eigelijk een overgroeide springmuis die het grootste deel van de dag, terwijl jij wakker bent, slaapt. Gezellig niet? Wanneer jij dan wat rust wil ’s avonds word dat beestje wakker en begint als een gek in zijn kooi rond te springen met kabaal tot gevolg. Doei rust.
Ik ben van oordeel dat je ofwel een serieus dier neemt of wel niet. Dus zo’n mini kangoeroe hoef ik niet in mijn inventaris. Krijg je zo’n Chinchilla eigelijk tam? Ik twijfel eraan. Hooguit een beetje conditioneren zodat Chin doet wat jij verwacht van hem. Verder dan nootjes aanpakken zal dat dan ook wel niet gaan. Kun je evengoed een aap in huis halen, die neemt ook nootjes aan of je gaat naar de kinderboerderij met je koters. Daar eten overigens alle dieren nootjes...uit een kauwgomballenautomaat nog wel door de boer daar strategisch gezet om de kas te spijzen.

Maar dus geen Chinchilla. Wist je trouwens dat zo’n dier voorzien is van konijnentanden. Vlijmscherp en lang. Als dat beest zich vergist en naast het nootje ook je tengels te pakken heeft kan je gelijk naar de spoedafdeling van het plaatselijk ziekenhuis racen om je vinger te laten hechten. One down, nine to go... Stel dat de conditionering waarvan eerder sprake niet vlot verloopt heb je na tien dagen gewoon geen vingers meer beschikbaar om nootjes te geven aan het dier. Tegen dat je handen weer genezen zijn is het dier al lang uitgehongerd. Als je dan een nootje geeft durf ik niet aan de gevolgen denken maar laat ons stellen dat, hiermee vergeleken, een Piranha een knuffeldiertje is. Het is trouwens een fabeltje dat Piranha’s vraatzuchtige monsters zijn. Althans toch niet als je er maar een drietal houd in een aquarium. Ik heb het uit goede bron. De Geert. Geert is zo’n type waarmee je je een breuk lacht. Nu nog en toen ik nog naar school ging ook. Wanneer de meester vroeg hoeveel vingers heb je aan je linkerhand dan week Geerts antwoord altijd af van het merendeel van de klas. Ja, Geert had toen al Piranha’s in zijn aquarium en zijn grote broer had ‘m gezegd dat hij geregeld die diertjes moest uitvangen om het aquarium te reinigen. Wekelijks.

Dat risico loop je dus ook wanneer je besluit een Chinchilla te gaan houden en handtam te maken.

De kooi van een Chinchilla moet ook ruim zijn en voorzien van een laagje grondbedekking die je dan weer wekelijks –vergelijk met Geerts aquarium- moet reinigen. Hiervoor dien je Chin dus uit z’n kooi te halen. Waar laat je ‘m dan? Een kartonnen doos is een slecht idee. Ten eerste omdat Chilla eruit springt en ten tweede omdat hij tegen de tijd dat je de kooi hebt gereinigd, de doos al lang heeft vermalen tot pulp en ondertussen zich tegoed doet aan de elektriciteitsleidingen. Nu dàt is pas gevaarlijk ! Wanneer Chin de draad middendoor bijt krijg je kortsluiting wat kan resulteren in brand. Bovendien zal het ook de laatste keer geweest zijn dat je Chin levend gezien hebt. Het beestje zal nog nooit als tevoren een laatste sprong maken en de grijze pels zal dan een paar tintjes donkerder kleuren. Zou Chinchilla net zoals konijn smaken? Instant middagmaal in dat geval.

Kortom voor het heil van de Chinchilla en uw vingers is het af te raden om zo’n dier te gaan houden. Er zijn alternatieven genoeg op de wereld die minder gevaarlijk zijn. Je kan bijvoorbeeld uit de band springen en een vogelspin gaan houden. Dat beest kan je vingers niet verminken en kan ook niet uit een kartonnen doos springen of de kabels doorbijten. Je hoeft evenzeer geen nootjes te voederen en africhten zit er in de meeste gevallen ook niet in. Kabaal hoef je ook niet te verwachten, tenzij het beest ontsnapt is en besluit even de woonkamer te gaan verkennen. Ik zie de mama al één of andere tropische regendans doen.
Wil je het dan toch iets braver houden en langs de andere kant niet te alledaags, kan je een mierenboerderij (antfarm) beginnen. Ooit eens gezien en tot nu toe de enige boerderij waar geen kauwgomautomaat stond met nootjes.
Het meest rustige is een aquarium. Geen lawaai, geen gedoe, enkel regelmatig voederen en water verversen. Is dat je nog teveel kan je een leeg aquarium overwegen.

Zoals je merkt zijn er veel degelijke alternatieven voor een Chinchilla. Maar we zijn er hier nog niet uit. Elke dag weer komt mijn kroost aandraven met een goeie reden om een Chinchilla te nemen en elke dag moet ik met een argument komen om te weerleggen.
Als er nog één iemand over een Chinchilla begint word ik simpel

Geen opmerkingen: